Visie Recreatie en Toerisme

De gemeente Purmerend werkt aan een visie Recreatie en Toerisme. Dat doen wij niet alleen.

Wij hebben experts op het gebied van recreatie en toerisme gevraagd om met ons mee te denken. Daarnaast vragen we inwoners, ondernemers, jongeren en andere belanghebbenden wat zij wensen op het gebied van recreatie en toerisme in onze gemeente.

Doel

We gaan met elkaar in gesprek om te zien waar de mogelijkheden en kansen liggen.

Wilt u meedenken?

Meedenken en meepraten over de visie kan door deel te nemen aan de werkateliers.

U kunt zich nog aanmelden:

  • werkatelier III, dinsdagavond 23 april

Stuur een e-mail om aan te melden naar recreatietoerisme@purmerend.nl

Op dinsdag 23 januari kwamen ongeveer dertig experts op het gebied van recreatie en toerisme bij elkaar om te werken aan de visie op recreatie en toerisme van de gemeente Purmerend. Met de kaart op tafel, vond er een levendige discussie plaats.

Veel energie en enthousiasme tijdens eerste werkatelier

Experts vanuit de gemeente Purmerend en regio en diverse gemeentelijke beleidsterreinen hebben met elkaar nagedacht waar het goed gaat, waar het beter kan en welke kansen er liggen. Ook zijn zij het gesprek aangegaan over de doelgroepen op wie we ons willen richten.

Vragen die aan de orde kwamen waren bijvoorbeeld:

  • Welke fiets-, vaar- of wandelroutes ontbreken nog?
  • Welke kansen biedt de werelderfgoed-status van de Beemster?
  • Op welke locaties is er behoefte aan meer of een ander recreatief programma?

Het was een inspirerende avond die ook nog een vervolg krijgt.

Afbeelding


Na een welkomstwoord van wethouder Mario Hegger werd de avond ingeleid door adviesbureau DTNP.

Projectleider Peter Rosmulder had een heldere boodschap voor de aanwezigen:

We moeten de komende tijd samen keuzes gaan maken. Recreatie en toerisme is een zeer veelzijdig onderwerp, maar helaas zijn de middelen van gemeente én marktpartijen niet oneindig. Je kan, en wil, niet zomaar iedereen bedienen. Een buitenlandse toerist die voor een dagje vanuit Amsterdam de regio (Laag Holland) bezoekt, verwacht iets anders dan een lokale recreant die gewoon even een ommetje maakt.

Wat doen we voor wie? Waar en wanneer?

Tegelijkertijd liet de eerste analyse van het adviesbureau zien dat er wel degelijk kansen liggen om ‘werk met werk’ te maken. Een nieuwe snelfietsroute voor de forens kan ook worden ingezet om het recreatieve routenetwerk te versterken. Nadat DTNP met hun observaties een prikkelende aftrap had gegeven, kwam het gesprek onder de deelnemers op gang.

Zowel bij de inleidende presentatie, als bij het interactieve tweede gedeelte van de avond, stonden daarbij drie vragen centraal:

  • Welke ambitie op het gebied van dag- en verblijfstoerisme willen we benoemen?
  • Op welke doelgroepen kunnen we ons het beste richten?
  • Op welke locaties zijn er kansen om (gezamenlijk) te investeren in het recreatieve (route)netwerk?

Antwoord op de vragen

Aan tafel bleek het formuleren van een samenhangend antwoord op deze drie vragen nog niet zo eenvoudig. Het gesprek ging al snel alle kanten op. Door de brede afvaardiging was het niet altijd eenvoudig om samen een eenduidig kaartbeeld samen te stellen.

Dat is ook niet erg, deze eerste sessie was vooral bedoeld om van iedereen te horen waar volgens hen kansen liggen. Eén voorbeeld: waar de fietsersbond graag zou zien dat (fiets)bruggen niet te lang of te vaak open staan, was dit vanuit de watersport begrijpelijkerwijs juist wél de wens.

  • Purmerend/Beemster zouden zich primair moeten richten op de lokale en regionale inwoner/bezoeker. Deze recreatieve basis kan vervolgens tevens interessant zijn voor de (inter)nationale bezoeker. Het is in alle gevallen van belang dat accommodaties zich op de kwaliteitstoerist richten, en niet op de grotere groepen.
  • Er zijn al heel veel routes maar niet alle routes sluiten op elkaar aan of lopen door vanuit Purmerend-Beemster naar de omliggende gebieden. Het verbinden van fiets-, vaar- en wandelroutenetwerken op strategische plekken in Purmerend/Beemster is kansrijk.
  • Het beleefbaar en bezoekbaar maken van ‘Beemster Werelderfgoed’ zou een hoge prioriteit moeten krijgen. Maar waar en hoe maak je werelderfgoed beleefbaar? Beemster is namelijk fijnmaziger qua structuur en minder geschikt voor grootschalige verblijfsaccommodaties en bezienswaardigheden. Deze kleinschaligheid biedt kansen voor een groter aantal overnachtingsplekken van beperkte omvang, bijvoorbeeld bij agrariërs.
  • Purmerend zou een hub (uitvalsbasis) kunnen worden voor (inter)nationale toerist, maar daarvoor is uitbreiding van hotelcapaciteit nodig. Als we kiezen voor een/enkele grotere hotels, zullen deze vooral in het stedelijk gebied een plek moeten krijgen.
  • Anderzijds is het van belang dat we de redenen om de stad Purmerend te bezoeken (en niet alleen als uitvalsbasis te hanteren) beter belichten. Dat sluit aan bij wat er al is, o.a. vanuit het programma binnenstad en draag dat uit. Purmerend is bijvoorbeeld ook een vestingstad, laat dat zien.
  • Waterrecreatie door de eigen inwoners kan nog verder gestimuleerd worden. Waterrecreatie loopt goed in Purmerend, maar aan de tafels bleek dat lang niet iedereen bekend was met de bestaande mogelijkheden. Het is vooral zaak om de belemmeringen weg te nemen.
  • Staar je niet blind op de Amsterdamse toerist, maar kijk ook naar de groep toeristen die aan de Hollandse kust verblijft.
  • Lopende ambitie om op de voedselketen (streekproducten uit de Beemster) breder te vermarkten waarmaken. Purmerend is marktstad, en de Beemster de voedselkamer!
  • Horeca bij theater veel beter benutten. Niet alleen voor bezoekers theater.
  • Toeristenlijn van EBS is kans: maar waar stap je uit in Purmerend en/of Beemster? Zijn er gemeente overstijgende arrangementen te vormen?
  • Bezoekerscentrum ‘Werelderfgoed de Beemster’ samenvoegen met bezoekerscentrum ‘Hollandse Waterlines’.
  • Een horecagelegenheid in het Purmerbos zou van een enorme toegevoegde waarde kunnen zijn. Daardoor kan je een wandeling combineren met het drinken van een kopje koffie zonder dat je direct naar de binnenstad moet. ‘House of Bird’ in het Diemerbos werd als goed voorbeeld genoemd.

In werkatelier II gaan we verder in op de doelgroepenvraag:

  • Waar ligt de focus voor de komende jaren?
  • Wie vertellen we welke verhalen, en op welke locaties?

Vanaf daar vormen we samen de visie. Zoals de wethouder in het voorwoord al aanstipte; in de gemeente Purmerend komen we er samen wel uit!